Het klinkt zo mooi: een restaurant met lokale producten waar rijk én arm kan aanschuiven. Tot een vaste “klant” je zo het bloed onder je nagels vandaan haalt dat je als eigenaar volledig uit je slof schiet.
Category Archive: Column
Toen het nieuws me bereikte dat Tim Keller was overleden gingen mijn gedachten terug naar een groen, stalen bankje aan de Amstel. Daar kwam Keller twintig jaar geleden naast me zitten om me uit te leggen wat liefde is. Daarom ben ik nu achttien jaar getrouwd.
Laatst zat ik met iemand in een restaurant toen ik in mijn ooghoeken iets vreemds zag bewegen. Zie ik dit nu goed? Een robot! Hier? Compleet met schattige oortjes en grote puppy ogen kwam deze serveer robot op me af. Met een glimlachend gezichtje.
Slenterend door de winkelstraten van Den Haag vroeg ik me af: wie is er nou zot? Ik of de stadsverlaters die in hutjes op de hei wonen? Of deze Fransman die zelfs jaren tussen de reeën sliep?
Soms voel ik me een roepende in de woestijn. Maar dat roepen kan natuurlijk ook een roeping zijn. Hoe doe je dat dan goed, dat roepen?
Jeftha meende als toegewijd docent economie de euforie bij zijn leerlingen over zijn vak te moeten temperen. . Het werd nog geen onverdeeld succes.
Een gelovig mens is niet geroepen voor morgen maar voor nu. De zee om hem heen, en de riemen voor vandaag. Een pleidooi voor onbezorgdheid – juist als het serieus begint te waaien.
De laatste jaren kom ik steeds vaker zweverige mensen tegen. Je weet wel, mensen die weleens dingen zien en horen waar normale mensen niets van merken. Ik ben van die mensen gaan houden en ik geloof dat wij als christenen ze nog hard nodig hebben ook. Ik zal je vertellen waarom.
Ik was laatst jarig en besloot het te vieren zoals Jezus dat deed – met de armen, kreupelen, verlamden en blinden uit mijn buurt. Mensen die ik harder nodig heb dan zij mij dus. Het werd een onvergetelijk feestje, zonder bubbels…
We zijn wandelende gedichten. Juist als we vinden van niet. Juist als we stuk zijn.
Op de fiets word ik geruisloos ingehaald door een vrouw van dubbel mijn leeftijd. Waarom erger ik me toch zo, vraag ik me af. Waarna ik even flink op de trappers ga staan.
Over dat God er niet is. En ook wel. Bijvoorbeeld bij een kop koffie met iemand in de straat waar niemand belangstelling voor heeft.